A’dam – E.V.A.: Ode aan de pleegouder

A'dam - E.V.A.

‘Ik wil dat de kijker dat dilemma voelt. Hoe sterk die biologische band en loyaliteit is. Omdat dat is hoe wij mensen zijn.’
Voor pleegzorgmagazine Binding interviewde ik scenarioschrijver Robert Alberdingk Thijm en regisseur Norbert ter Hall, founding fathers van de serie A’dam – E.V.A. In de laatste serie worden Adam en Eva pleegouder van twee pubers. Waarom kozen ze voor pleegzorg en wat raakte hen tijdens de research?

In mei 2014 begon Robert aan de research voor het derde seizoen. Tijdens het eerste gesprek met Spirit Pleegzorg kregen ze al een verhaallijn in hun schoot geworpen. Robert: ‘We vroegen of iedereen pleegouder kon worden. Ja, dat kon. Maar je moest natuurlijk niet psychotisch zijn ofzo. En Adam is in de eerste serie twee keer aardig psychotisch geweest.’

Norbert: ‘Maar zonder probleem geen drama. Spirit droeg dus meteen een fantastisch dilemma aan: hoe gaat Adam om met zijn psychiatrische verleden?’ Robert: ‘En ik dacht: wat zou het dan mooi zijn als die biologische moeder nog met Adam in een psychiatrische instelling had gezeten!’ Want A’dam – E.V.A. verwijst niet alleen naar de namen van de hoofdrolspelers, de Amsterdamse Eva en de van origine Zeeuwse Adam, maar ook naar hoe iedereen (‘en vele anderen’) in de stad Amsterdam met elkaar verbonden is.

‘Er is nergens zoveel intimiteit als in de stad’

Robert: ‘We werken ieder seizoen vanuit een thema, dat biedt een goed kompas voor de verhalen. Het eerste seizoen gaat over de stad en verbinding. Wij wonen midden in Amsterdam (Robert en Norbert zijn getrouwd, red.), we zien vanuit ons raam onze overbuurvrouw koffie drinken op haar balkon, we horen de andere buren vrijen. Er is nergens zoveel intimiteit als in de stad. Dus daar moest het over gaan: over anonimiteit en intimiteit. Over hoe vreemden bekenden worden en bekenden vreemden.’

Te grote kinderen
In het tweede seizoen gaan alle verhalen over het vertakken van die relaties, over hoe relaties netwerken worden: een gezin, een familie, een vriendengroep.
Robert: ‘We wilden alleen een derde seizoen maken als we echt iets toe konden voegen. Niet meer van hetzelfde, zoals je vaak bij andere series ziet. We wisten, na verbinding en vertakking, moest het over doorgeven gaan. Maar hoe maak je dat concreet? En ineens dacht ik, verrek, als het over doorgeven en delen gaat, dan moeten Adam en Eva pleegouder worden! En het liefst van veel te grote kinderen. Omdat ze de hele serie stappen maken die net te groot voor ze zijn. Ze worden te snel verliefd, ze raken te snel zwanger.’

Norbert: ‘Ik was meteen superenthousiast. Dat het allemaal te groot en te snel gaat, dat werkt goed, dat zet de boel op spanning.’

Alleen maar gedoe
Hoe het plotselinge pleegouderschap van twee pubers in de praktijk uit kan pakken, daarvan kenden ze al  voorbeelden. Zo passen ze zelf een dag per week op hun veertienjarige petekind, al sinds haar geboorte. En vrienden kregen plotseling de volledige zorg voor een zestienjarige jongen, wiens moeder overleed en waarvan zij voogd waren. Robert: ‘Dan krijg je ineens met gebruiken te maken die je niet kent, je wordt met jezelf en je relatie geconfronteerd. Dat geeft een bron van verhalen.’

En ze dachten terug aan goede vrienden van Norberts ouders. Échte pleegouders, die kinderen buiten hun netwerk opvingen. Norbert: ‘Dat maakte altijd al veel indruk op ons. Dat je dat doet! Waarom zou je een kind van een ander in huis nemen? Het is alleen maar gedoe.’

Voor de research keken ze bij een training voor aspirant-pleegouders mee. Daar spraken ze ook pleegouders. Robert: ‘Ik had eerlijk gezegd wat alternatievere types verwacht. Mensen die op een wat dwangmatige manier goed willen doen voor de wereld. Maar het waren de meest normale mensen die je je maar kunt voorstellen! Nuchtere, evenwichtige en hartelijke mensen, die zeiden: we hebben het goed genoeg en genoeg plek. Heel ontroerend.’

Een hoopje afgeknipte touwtjes
Robert: ‘Eén situatie uit zo’n training is letterlijk in de serie teruggekomen. Een oefening waarin pleegouders zich leren verplaatsen in een pleegkind. Iemand staat in het midden van een kring mensen. Mensen die zijn ouders, zijn vrienden, zijn broertje, de buren, zijn huisdier representeren. Ieder persoon heeft een draadje in zijn hand dat naar het pleegkind leidt. Wordt het kind uit huis geplaatst, dan worden die draadjes één voor één doorgeknipt. En daar staat het kind dan. Met een hoopje afgeknipte touwtjes in zijn hand. Heel zielig. Op die avond stond daar een grote vent in het midden die in huilen uitbarstte. In de serie is dat Adam. Hij kijkt op dat moment Eva aan en dan weten ze: dit moeten we doen.’

Realistische locaties
In de afleveringen zien we de voor pleegouders herkenbare thema’s de revue passeren: seksualiteit, veiligheid, omgang met ouders en hechting. Robert: ‘Vanuit die thema’s kon ik de afleveringen schrijven.’

Norbert: ‘Ik zorg vervolgens dat de geschreven scènes ook in het echt werken. Natuurlijk via het spel van de acteurs, maar ik zoek bijvoorbeeld ook naar zo realistisch mogelijke locaties. Veel scènes spelen zich dus echt bij Spirit af. We hadden een willekeurig ander kantoor kunnen nemen, maar ik ben ervan overtuigt dat dit beter werkt. Dat het klopt. En dat je dat als kijker voelt.’

patty

‘We wilden laten zien dat kinderen een veel volwassenere blik op de werkelijkheid hebben dan wij vaak denken’

Adam en Eva zorgen eerst een paar weekenden voor Patty en Mingus, maar dit wordt al snel permanent. En na een tijd dient zich – net als in de realiteit – ook tijdens het schrijven de vraag aan: kunnen de kinderen weer terug naar huis, terwijl de problemen nog niet helemaal opgelost zijn?

Robert: ‘Ik wil dat ook de kijker dat dilemma voelt. Hoe sterk die biologische band en loyaliteit is. Omdat dat is hoe wij mensen zijn. Volgens mij is de belangrijkste bijdrage niet dat je pleegouder bent, maar dat je pleegouder geweest bent. Dat je hebt kunnen laten zien hoe het ook kan. Zodat het kind een keuze heeft in wat hij met zijn leven doet. Dat is de meest waardevolle verandering die je in iemands leven kunt aanbrengen. Er zou een standbeeld moeten komen voor pleegouders. Op de Dam!’

Standbeeld voor pleegkinderen
Norbert: ‘En we wilden laten zien dat kinderen een veel volwassenere blik op de werkelijkheid hebben dan wij vaak denken. Ze kiezen zelf echt niet altijd voor de makkelijke weg. Dat vind ik van pleegkinderen zo fantastisch: dat ze zo jong al voor zichzelf weten te bepalen wat goed voor hen is. Dus ook een standbeeld voor pleegkinderen. Op het Museumplein!’

Ode aan de pleegouder (pdf van artikel)

Dit artikel verscheen in Binding, blad voor pleegouders – december 2016